Op eigen kracht naar voren zien te komen zou moeilijk worden, had Vick Versteijnen al voor de marathonetappe bedacht. Dan moest het dus maar met een beetje mazzel en door de pech van anderen. In etappe 8, het tweede deel van de marathonstage, gebeurde dat ook inderdaad. Met de negentiende tijd aan de finish na 175 kilometer en de 22ste plaats in het klassement was Versteijnen dik tevreden\
“Het ging goed”, vertelt hij na een lange rit naar het bivak in Salta. “We hebben zelf geen stukken gehad, de truck heeft het prima gedaan en anderen hebben de fouten gemaakt.” In een rivierbedding op ongeveer de helft van de proef zag de bemanning van de TopTrucks-Scania een paar MAN’s en Kamazzen stil staan in de blubber. “Heel vervelend voor die mannen, maar wij konden er vier of vijf afstrepen. Het leek een beetje drijfzandachtig spul waar ze in vast stonden. We zagen het gelukkig op tijd en konden er omheen via een stuk met kamelengras, waar verder nog niemand had gereden. Steven Rotsaert kwam ons voorbij en dat kwam wel goed uit. Zo konden we kijken waar hij weer naar het pas beneden zou gaan en of dat ging. Het was een vrij steile afstap, maar bij hem ging het goed, dus zijn we er achteraan gegaan. Ook daar hadden we dus een gelukje.”
Zonder problemen met de truck en met een goed gevoel kwam Versteijnen uit de marathonetappe om halverwege de verbindingsroute te horen dat de weg naar Salta afgesloten is wegens een aardverschuiving. De servicetrucks waren al vertrokken via de omleidingsroute door de bergen: een zandweg over een bergpas op 5000 meter hoogte. Halverwege haalde Versteijnen de truck in, zodat hij voor hen aankwam in Salta. “Het was wel een heel lange dag zo. Ik ben helemaal gaar. En dan morgen nog eens 1000 kilometer over de weg. Pffff…. Ik hoop dat de servicetruck er snel is, want die heeft mijn bed bij zich.”