De schade beperkt houden was de opdracht in de elfde etappe van de Dakar Rally, de Fiambalá Super Special. Vastrijden, van een duin af rollen, banden lek rijden: het kon allemaal in de koninginnenrit, die zoals verwacht nogal wat verschuivingen teweeg bracht in het klassement. Maurik van den Heuvel hield de schade beperkt tot drie lekke banden, finishte als tiende en heeft in het klassement nog altijd zicht op de top 10.
Helemaal tevreden was Van den Heuvel niet, maar hij realiseerde zich na aankomst in Chilecito terdege dat het veel erger had gekund. In de uitslag van de etappe zag hij Martin Macik (voor de etappe de nummer 5 in het klassement) en Ton van Genugten (nummer 4) en twee MAZ-trucks achter hem staan. Eén van de Kamazzen en een Tatra stonden tegen middernacht nog niet eens in de uitslag. “Dan hoor je mij niet klagen met iets meer dan een uur achterstand op de winnaar. Iedereen heeft wel wat meegemaakt in deze etappe.”
Ongeschonden kwam de Scania van DakarSpeed niet uit de strijd. “Na 10 kilometer zagen we de eerste al staan met een lekke band. We zeiden nog tegen elkaar: ‘Een lekke band, dat wordt modderen hier, dus laten we maar voorzichtig doen’. Maar tien tellen later stonden we er ook, op dezelfde plaats met een lekke band. En even later Gert Huzink ook: alle drie hetzelfde.”
De duinen van Fiambalá zijn even berucht als beroemd in Dakarland. Niet alleen zijn ze ontzettend zacht, er staan ook overal boompjes en struikjes en onder het zand ligt het vergeven van de stenen. “Het zijn best mooie duinen”, vond Van den Heuvel. “Glooiend, niet van die steile krengen. We hebben maar één keer opnieuw moeten aanzetten om boven te komen. Dat ging allemaal best. Het probleem was alleen de afwisseling tussen dat zachte zand en hardere ondergrond en die stenen. De bandenspanning moet voortdurend omhoog en omlaag.”
In dat krachtenveld gingen drie banden kapot. In het kwartiertje neutralisatie richting het einde van de proef ging de tweede reserveband er op, maar niet veel later ging nummer 3 kapot. “Op één lekke band zijn we thuisgekomen. Ik ben blij dat ik er genoeg bij me had.”
Hoewel hij ietsje verloor op Gert Huzink die op 10 staat, heeft Van den Heuvel goede hoop dat hij in de resterende dagen van de Dakar nog wel wat kan klimmen. “De top 10 is zeker nog in het zicht. 40 minuten lijkt veel, maar er hoeft maar met één iemand wat te gebeuren en we zijn er. Maar ik moet wel een beetje gas gaan geven, dat is een feit. De twaalfde etappe is er eentje van meer dan 500 kilometer; dat kan nooit alleen maar gestuiter zijn. Daar moeten snelle stukken in zitten, kan niet anders. Dus: riempjes vast en gas op de plank.”