- Dakar Rally 2017: 9000 kilometer vol contrasten
- 34 Nederlandse équipes aan de start
- De route: een drietrapsraket
De organisatie van de Dakar Rally onthulde vanochtend in Parijs de route en andere details over de wedstrijd bekendgemaakt. “Dit wordt de zwaarste Dakar in vele jaren, en zeker op Zuid-Amerikaanse bodem”, hield wedstrijdleider Marc Coma zijn gehoor voor. De 316 motoren, quads, auto’s en trucks die op 2 januari aan de start staan, krijgen in twaalf etappes 9000 kilometer voor de kiezen, waarvan meer dan 4000 tegen de klok.
De editie 2017 start in Paraguay – het 29ste land in de geschiedenis van de Dakar – en gaat via de Boliviaanse hoofdstad La Paz naar Buenos Aires. In de hoofdstad van Argentinië is op 14 januari de finish. “Het wordt een reis vol contrasten”, sprak Dakar-directeur Etienne Lavigne. “De deelnemers vertrekken uit Asunción in een tropisch klimaat, bij temperaturen van rond de 40 graden Celsius. Maar een paar dagen later krijgen ze te maken met temperaturen van rond het vriespunt, op de hoogvlaktes van Bolivia. Contrast is er ook in de hoogte: we gaan van zeeniveau naar bijna 5000 meter hoogte, en we blijven bijna een week op meer dan 3000 meter hoogte. De Dakar van 2017 is vierdimensionaal.”
Lange dagen en veel zand
Fysiek en mechanisch wordt het zwaar, maar het zwaarste zal de rally zelf zijn, stelde Marc Coma. Met name de navigatie wordt anders, doordat de rol van de gps wordt beperkt. Zelfs de verborgen waypoints (WPM) worden grotendeels vervangen door zogeheten controlled waypoints (WPC) die slechts worden geactiveerd als het voertuig er is. Door dit systeem hebben de deelnemers minder hulp van de apparatuur en wordt het goede oude kompas in feite in ere hersteld.
Tel daarbij op dat er zeven dagen zijn met specials van 400 kilometer of meer, waaronder eentje van meer dan 500 kilometer. Maar waar het de laatste jaren min of meer gebruikelijk was dat een lange etappe synoniem was aan een snelle etappe, is dat dit jaar niet het geval, stelde wedstrijdleider Coma. “Er zijn dagen bij waarop veel deelnemers niet bij daglicht in het bivak zullen zijn.”
Dat komt onder meer door de hoeveelheid zand en duinen in de route: veel meer dan de afgelopen jaren. “Al op dag 3 komt er een groot stuk off-piste voorbij”, zei Coma. “En zelfs op de voorlaatste dag zijn er nog duinen. Er staan compleet nieuwe routes op het programma, met zand en duinen, die voor iedereen een verrassing zullen zijn. Het hoogtepunt wordt de Super Belén, drie dagen voor de finish, met 400 kilometer off-piste. Zonder twijfel de koninginnenrit van deze Dakar.”
34 Nederlandse équipes aan de start
Acht motoren, twee quads, vijf auto’s en negentien trucks: dat is wat er op 2 januari aan Nederlandse deelnemers aan de start staat. Dat zijn er met name bij de motoren en auto’s minder dan de afgelopen jaren. Het aantal trucks is gelijk gebleven.
Toch vormt Nederland opnieuw de tweede nationaliteit (14,2 procent) in de Dakar, na Frankrijk. In totaal staan er 491 deelnemers uit 59 landen aan de start, met 316 voertuigen: 146 motoren, 37 quads, 83 auto’s en 50 trucks. Gerard de Rooy bij de trucks, Stéphane Peterhansel bij de auto’s en Toby Price bij de motoren zijn de titelverdedigers die deze Dakar aan de start staan. Bij de quads verdedigt Marcos Patronelli zijn titel niet. De Rooy won de Dakar in 2016 voor de tweede keer (eerder in 2012). In de persoon van Hans Stacey staat er nog een Nederlandse Dakarkampioen aan de start bij de trucks. Hij schreef de laatste Afrikaanse editie (2007) op zijn naam.
Twee zijn helemaal nieuw: motorrijder Arjan Bos en het truckteam van William de Groot. Een andere De Groot, Richard, doet voor het eerst met een truck mee, na acht keer op de motor te hebben deelgenomen.
Robert van Pelt, Jurgen van den Goorbergh en Jasper Riezebos gaan de strijd aan zonder hulp van een serviceteam: zij rijden in het zogeheten malle-moto- of kistklassement.
Motoren
35 Robert van Pelt jr (Husqvarna, kistrijder)
39 Jurgen van den Goorbergh (KTM, kistrijder)
71 Jasper Riezebos (KTM, kistrijder)
119 Ronald ter Beek (KTM, BAS Dakar Team)
121 Humphrey Senn van Basel (KTM, Nomade Racing)
123 Maikel Verkade (KTM, Maxxis Super B/ BAS Dakar Team)
143 Hans Smit (Husqvarna, HT Rally Raid)
155 Arjan Bos (Husqvarna, HT Rally Raid)
Quads
267 Kees Koolen (KTM, Maxxis Super B)
268 Bastiaan Nijen Twilhaar (Can-Am, Maxxis Super B)
Auto’s
310 Erik van Loon / Wouter Rosegaar (Toyota Hilux, Van Loon Racing)
341 Maik Willems / Rob van Pelt (Toyota Hilux, Bastion Hotels Dakar Team)
347 Tim Coronel (Solobuggy, Suzuki, Maxxis Super B)
350 Ebert Dollevoet / Patrick van Lee (Volvo V40, Top Events Rally Team)
354 Tom Coronel (Solobuggy, Suzuki, Maxxis Super B)
Trucks
500 Gerard de Rooy / Moi Torrallardona / Darek Rodewald (Iveco Powerstar, Petronas Team De Rooy Iveco)
504 Hans Stacey / Hugo Kupper / Jan van der Vaet (MAN, Eurol Veka MAN Rally)
506 Martin van den Brink / Marcel Blankenstijn / Daniel Kozlovsky (Renault Sherpa, Mammoet-Riwald Rallysport)
507 Ton van Genugten / Anton van Limpt / Bernard der Kinderen (Iveco Trakker, Petronas Team De Rooy Iveco)
509 Peter Versluis / Marcel Pronk / Artur Klein (MAN, Eurol Veka MAN Rally)
510 Pascal de Baar / Wouter de Graaff / Martin Roesink (Renault K520, Mammoet-Riwald Rallysport)
514 Maurik van den Heuvel / Peter Kuijpers / Wilko van Oort (Scania Torpedo, DakarSpeed)
521 Jos Smink / Daniël Bruinsma / Peter Nieuwenburg (Ginaf, Jos Smink Rallysport/Ginaf Rally Service)
523 Vick Versteijnen / Tom de Leeuw / Aart Schoones (Scania Torpedo, Top Trucks Dakar)
524 Gert Huzink / Rob Buursen / Richard Mouw (Renault K520, Mammoet-Riwald Rallysport)
526 Jan van de Laar / Ben van de Laar / Dolf Huijgens (DAF, Fried van de Laar Racing)
530 Gerrit van Werven / Gerrit Zuurmond / Henk Schuiling (Ginaf, Rainbow Truckteam/Ginaf Rally Service)
532 Wuf van Ginkel / Erik Kofman / Bert van Donkelaar (Iveco Trakker, Petronas Team De Rooy Iveco)
536 Frank Tilburgs / Marcel Snijders / Gijs van Uden (DAF, Team Tilburgs Truckparts)
537 Ed Wigman / Joël Ebbers / Rik Slijkhuis (Ginaf, Mammoet-Riwald Rallysport)
539 Aad van Velsen / Jos Schotanus / Sebastiaan Haverkamp (Ginaf, Van Velsen Rallysport/Ginaf Rally Service)
546 Richard de Groot / Gerard Beelen / Jan Hulsebosch (DAF, Firemen Dakar Team)
549 William de Groot / Jos van der Pas / Edwin van de Langenberg (DAF, Team De Groot)
555 Kornelis Offringa / Thomas de Bois (Mercedes Unimog, Bastion Hotels Dakar Team)
De route: een drietrapsraket met etappe 9 als hoogtepunt
De route van de Dakar 2017 is een drietrapsraket, stelt directeur sportief Marc Coma. “Niet alleen vanwege de drie hoofdsteden die we aandoen: van Asunción via La Paz naar Buenos Aires. De moeilijkheidsgraad wordt opgebouwd richting de rustdag. Daarna komt er een schepje bovenop om uiteindelijk op het niveau te komen voor de Super Belén-etappe.”
Die etappe, nummer 9, wordt de koninginnenrit van de Dakar 2017. Een kneiter van bijna 1000 kilometer, met een special van 406 kilometer, voor 98 procent off-piste, inclusief de beruchte duinen van Fiambala. “Dit wordt de zwaarste test voor de navigators, die een beslissende rol zullen spelen”, aldus Coma.
Voordat de deelnemers bij die negende etappe (Salta-Chilecito) zijn aangeland, hebben ze er al heel wat ontberingen op zitten. Grote temperatuurs- en hoogteverschillen bijvoorbeeld, en al aardig wat duinen. In etappe 4 (Jujuy-Tupiza) bijvoorbeeld, waarin de karavaan klimt naar 3500 meter hoogte (en daar een dag of zes zal blijven). “Duinen op deze hoogte vergen nog meer van mens dan machine dan duinen op zeeniveau. De navigators moeten bovendien goed bij de les blijven, want het gaat letterlijk alle kanten op in deze special van 416 kilometer”, belooft Coma.
De route telt maar liefst zeven specials van meer dan 400 kilometer, waarvan eentje meer dan 500 kilometer. Die langste special is de dag voor de rustdag (Oruro-La Paz) en begint al met duinen. “De snelsten zullen bij daglicht aankomen in La Paz, maar heel veel deelnemers zullen de koplampen nodig hebben. De rustdag halen mag een prestatie op zich worden genoemd.”
Meteen na de rustdag volgt de marathonetappe richting Salta, waarbij de deelnemers in Uyuni geen gebruik mogen maken van hun assistentie. Deel 1 (etappe 7) is 622 kilometer, waarvan 322 kilometer special, deel 2 (etappe 8) is 892 kilometer waarvan 492 kilometer tegen de klok. Op het menu staan duinen en canyons die nog niet eerder in de route opgenomen zijn geweest. Na die toch al lange marathonetappe volgt dan de Super Belén.
En daarna houdt het niet op. Van uitbollen is geen sprake. In etappe 10 zit een fors stuk ‘trial route’, waarbij armen, schouders en benen het te verduren krijgen. “Foutjes worden niet afgestraft met seconden maar met minuten. Of meer.” Zelfs in de voorlaatste etappe (op vrijdag de dertiende) zitten nog de listige duinen van San Juan in de eerste 50 kilometer, gevolgd door WRC-achtige tracks. De laatste etappe is een korte van 64 kilometer, gevolgd door een lange verbinding naar het podium in Buenos Aires