Het had heel wat voeten in de aarde, maar Rinus van Kalmthout is net op tijd in Amerika gearriveerd om dit weekend zijn debuut te maken in de IndyCar Series. In gesprek met Allard Kalff blikt de coureur van Ed Carpenter Racing vooruit op de eerste race in Texas.
Van Kalmthout had eigenlijk al in maart moeten debuteren in de Amerikaanse tegenhanger van de Formule 1, maar vanwege de coronacrisis werd de start van het seizoen lang uitgesteld. Dit weekend is het alsnog zover: op de Texas Motor Speedway zal de coureur uit Hoofddorp zijn eerste IndyCar-race rijden, maar om daar te komen was nog niet zo eenvoudig: om de Amerikaanse coronamaatregelen te omzeilen vloog ‘Veekay’ twee weken geleden namelijk al naar Mexico, waarna hij deze week net op tijd arriveerde in Texas.
Slapeloze nachten
“Ik werd er echt heel zenuwachtig van”, geeft Van Kalmthout toe. “Elke avond bij het eten ging het er alleen maar over hoe we alles het beste konden regelen en hoe we het nou gingen doen. Ik heb zeker wel heel veel slapeloze nachten en stress gehad, maar gelukkig is het nu allemaal achter de rug en kan ik me focussen op de race.”
Texaanse loterij
De eerste race wordt zaterdagavond verreden op de Texas Motor Speedway, een lastige oval waar vaak een hoop gebeurt. Toch blikt de 19-jarige coureur uit Hoofddorp optimistisch vooruit en durft hij zelfs nog iets hoger in te zetten dan een top 5-klassering: ‘Misschien dat het podium wel mogelijk is, aangezien mijn team een hele goede auto voor de ovals heeft. Mijn teambaas Ed Carpenter zal dit weekend mijn teamgenoot zijn en hij heeft heel ervaring op de ovals. Ik zal veel leren en we kunnen elkaar goed beter maken.”
“Op een oval is het altijd een beetje een loterij. Er is van alles mogelijk en ik zal mijn uiterste best doen om zo hoog mogelijk te eindigen.”