Met een overwinning in de eerste race en de tweede plaats na een tactisch sterke tweede wedstrijd verstevigde Max van Splunteren van Team GP Elite op de Nürburgring zijn leidende positie in de tussenstand van de Porsche Carrera Cup Benelux. Met nog één raceweekeinde te gaan heeft de jeugdige rijder uitstekende titelkansen. Ook de overige rijders van het team kwamen bij het optreden in de Eifel sterk voor de dag.
De Nürburgring, geopend in 1927, is een van de beroemdste circuits ter wereld. Het weer is er vaak wisselvallig en drievoudig Formule 1-wereldkampioen Sir Jackie Stewart noemde het circuit na de Grand Prix van 1968, bij zware regenval en in dichte mist, ‘de groene hel’. Toch is met name de ruim 20 kilometer lange ‘Nordschleife’ een bijzondere locatie voor autoliefhebbers. De Porsche-dichtheid is er enorm en het sportwagenmerk behaalde er vele legendarische successen. Zo paste het dan ook goed dat op de Nürburgring, in dit geval het Grand Prix-circuit, het vijfde en voorlaatste weekeinde van de Porsche Carrera Cup Benelux plaatsvond. Na Zolder en Assen eerder dit jaar was de serie opnieuw te gast in de professionele omgeving van de Duitse toerwagenserie DTM, wat voor een groot publiek zorgde.
Het weekeinde begon goed voor het Team GP Elite met de snelste tijd voor Max van Splunteren in de eerste vrije training en de tweede tijd voor Jesse van Kuijk. Lucas Groeneveld en Daan van Kuijk reden voor het eerst op de Nürburgring, maar bleken snel te leren: ze sloten de sessie als zesde en tiende af.
Hoewel het vrijwel het hele weekeinde prachtig nazomerweer was, heb je op de Nürburgring bijna nooit een evenement helemaal zonder regen, en uitgerekend tijdens de tweede vrije training van de Porsche Carrera Cup Benelux viel de enige neerslag van het weekeinde. De rijders van Team GP Elite gebruikten deze training vooral ter voorbereiding op de kwalificatie. “Het aantal banden dat je per weekeinde mag gebruiken, is gelimiteerd. We hadden in de loop van het seizoen een setje ‘joker-banden’ bewaard en daar maakten we nu gebruik van. Andere teams deden dit ook, zodat we een goede referentie hadden”, legde teammanager Robert van Teijlingen uit. De tijden zaten erg dicht bij elkaar, waarbij de even plaatsen in de klassering allemaal naar GP Elite-rijders gingen: Max eindigde als tweede, Jesse als vierde, Lucas als zesde en Daan als achtste.
Omdat de ‘sprint’-variant van het Grand Prix-circuit met 3,6 kilometer relatief kort is, heb je er als rijder altijd wat meer tijd nodig, voordat de banden goed op temperatuur zijn. “Pas na drie ronden zijn ze echt goed warm”, wist Max van Splunteren. “Daardoor was een goede strategie nodig in de kwalificatie.” Voor de eerste race wist hij zich als snelste te kwalificeren. Jesse reed sterk met de vierde tijd, waarmee hij enkele routiniers voor wist te blijven. Lucas en Daan werden als zevende en negende geklasseerd. In de kwalificatie voor de tweede race waren de verschillen minimaal: Max kwam slechts 0,05 seconde tekort voor de pole-position. Lucas benaderde de pole tot op 0,6 seconden, een keurige prestatie met de vijfde plaats, één plek voor Jesse. Alleen Daan zat wat vast in het verkeer en kwam daardoor niet verder dan de elfde plek, hoewel ook hier de verschillen klein waren.
De eerste race werd op zaterdagmiddag na de DTM verreden, waardoor de baan veel grip bood. Max profiteerde goed van zijn pole-position: hij had een goede start, liep elke ronde een klein beetje uit op de concurrentie en reed uiteindelijk onbedreigd naar de overwinning. Jesse had een megastart, “misschien wel de beste van het seizoen”, zoals hij zelf zei. In het verloop van de eerste ronde zat hij klem achter een concurrent, waardoor hij een plek verloor en even later werd hij naar buiten gedwongen, waarop hij nog twee plaatsen moest prijsgeven. Met een slim gereden race wist hij later weer een positie te winnen, waarop hij als vijfde over de eindstreep kwam. Ook Lucas startte sterk en zat in enkele mooie gevechten, eenmaal voorbij zijn grootste concurrenten kon hij in het verloop van de race wat wegrijden en werd zo zevende. Daan ging in de tweede ronde in de rondte en moest zo van achteraan zijn opmars beginnen. Dat deed hij sterk: hij wist vijf plaatsen goed te maken en eindigde zo als achtste.
Op zondagochtend was het tijd voor de afsluitende race. Max startte als tweede en kon de leider in de wedstrijd uitstekend volgen. Natuurlijk nam hij daarbij, mede met het oog op zijn positie in het kampioenschap, geen onnodige risico’s. Zo kwam hij als tweede aan de finish en scoorde daarmee opnieuw veel punten. Lucas en Jesse kwamen in de hectische beginfase met elkaar in aanraking, waarna Lucas een inhaalrace moest starten. Na een aantal mooie acties sloot hij die als zevende af. “De snelheid zat er goed in, die was zeker goed genoeg geweest voor de top vijf”, wist hij. Bij Jesse stond door de touché het stuur scheef en was er wat schade aan de voorkant, waardoor zijn wedstrijd lastig was. Hij kon redelijk de aansluiting houden, maar moest uiteindelijk toch Lucas en Daan voor zich dulden en eindigde als tiende. Daan reed lange tijd achter Lucas aan en klom zo mee op naar voren, hij werd als achtste geklasseerd.
Concluderend kan na afloop van het weekeinde worden gezegd dat alle rijders van Team GP Elite hun potentieel hebben laten zien. Max behoudt zijn voorsprong van 16 punten als leider in de tussenstand van het kampioenschap. Het laatste raceweekeinde is van 27-29 september op het Circuit de Barcelona Catalunya. “Daar zijn nog twee races te gaan en moet de beslissing vallen”, zegt Max. “Het is een circuit waar ik me goed voel en waar ik eerder dit jaar al competitief was in de Porsche Mobil 1 Supercup. Ik kan niet wachten tot de laatste twee races