De Morocco Desert Challenge van 2019 opende met een etappe van 216 kilometer van Plage Blanche naar Abetteh en dat was bepaald geen gemakkelijk begin. Het was niet zozeer het terrein dat lastig was, maar de navigatie des te meer. De winnaars van de openingsetappe – Joan Pedrero bij de motoren, Philippe Pinchedez bij de ssv’s, Erik van Loon bij de auto’s, Martin van den Brink bij de trucks – noemden allemaal de navigatie als het cruciale punt.
Joan Pedrero reed vrijwel de hele dag samen met Skyler Howes, die op 11 seconden tweede werd. “Het was lastig navigeren omdat iedere roadbookmaker anders werkt en ik dit roadbook moest leren lezen”, vertelde de Spaanse motorrijder. “Dat is nu vooral belangrijk, omdat ik morgen de proef moet openen. Dat is best lastig, maar deze eerste dag was een goede training en openen is de consequentie van het winnen. Een etappe winnen, en zeker de eerste etappe, is altijd goed voor het vertrouwen.”
Howes had het ook wel naar zijn zin gehad. De Amerikaan was zeer te spreken over de rit. “Het was leuk! De samenwerking met Pedrero was ook goed, we hebben elkaar steeds geholpen en samen genavigeerd. Er zaten heel wat listige stukken in wat navigatie betreft en de track was wat steniger dan ik had verwacht, maar het was een leuke dag.”
Voor de nummer 3, Paul Spierings, was het gemakkelijker omdat hij al twee sporen voor zich had. “Ik ben snipverkouden en had daar nogal last van, dus ik heb die twee laten gaan. Ik heb rustig gereden, heb goed gekeken en zag meestal wel snel waar die andere twee foutjes hadden gemaakt. Met het resultaat ben ik meer dan tevreden.”
Bij de ssv’s ging de eerste zege naar Philippe Pinchedez. “Het was een mooi begin van de rally”, vond de Fransman. “De ssv heeft zich heel goed gehouden. Ik ben heel tevreden. We zijn voorzichtig begonnen, omdat we niks kapot wilden maken. We hebben in het begin ook anderen voorbij gelaten.” Navigator Jean Brucy moest even wennen aan het roadbook en ook dat was een reden om niet te hard van start te gaan. “Maar het is een goed roadbook”, meende de ervaren navigator. “Het zit goed in elkaar en is heel precies.”
Marc Lauwers, die alleen rijdt, had zijn handen vol aan het rijden én navigeren. De Belg moest de proef openen en verloor daardoor wat tijd, maar met de achtste tijd was hij niet ontevreden. “Het was wennen om alles alleen te doen. Als je een fout maakt, kun je alleen op jezelf vloeken.
Maar het was wel een plezante rit. Het autootje doet het prima: er rammelt niks, de vering is goed.”
Bij de auto’s namen Erik van Loon en Paulo Ferreira al snel de leiding over van Tomas Ourednicek en Maik Willems. “Het was een mooie proef”, vond Van Loon, die de etappe op zijn naam schreef en het grootste deel van de dag vooraan reed. “Dat viel niet mee. We hebben een paar keer moeten zoeken en Ferreira reed gewoon achter ons aan, dus die heeft er niet van geprofiteerd.”
Ourednicek moest zich al snel terugtrekken uit de strijd omdat de motor van de auto en de versnellingsbak kuren vertoonden. “De auto is niet klaar voor de wedstrijd”, oordeelde de Tsjech. “Er kwam voortdurend zoveel rook onder motorkap vandaan dat ik steeds de angst had dat de boel in brand stond. Ik betwijfel of we morgen kunnen starten.”
Bij de trucks hadden Siarhei Viazovich en Maurik van den Heuvel een goede start, maar de MAZ en de Scania moesten de winst aan de Renault van Martin van den Brink laten. Diens navigator Wouter de Graaff vermaakte zich opperbest. “Wedstrijddirecteur Jean-Claude Kaket is een kampioen in het uitzoeken van moeilijke paden. Hij stuurt je van links naar rechts, maar het klopt op de millimeter. Wij zaten ook even verkeerd, maar Martin bleef rustig en daardoor kon ik ook goed blijven opletten. Ik had het pad snel gevonden en ondertussen gingen Viazovich en Maurik van den Heuvel plankgas de verkeerde kant op.”