Drie dagen voor de finish zijn Bernhard ten Brinke en Xavier Panseri uitgevallen in de zwaarste rally ter wereld. In het laatste deel van achtste etappe werd de Toyota fabrieksequipe getroffen door mechanische pech. “Dit is echt ontzettend balen. Twintig kilometer voor de finish was het over en uit.”
Duinen stonden opnieuw centraal tijdens de special stage van San Juan de Marcona naar Pisco. Bernhard ten Brinke en zijn Franse navigator begonnen voortvarend aan de proef over 230 kilometer. “Het eerste gedeelte verliep vlot en goed. Totdat een aandrijfas brak. Dat kostte 25 minuten om het te vernieuwen.”
In het tweede deel van de special stage maakte Bernhard ten Brinke zelfs tijd goed en leek daarmee onderweg naar opnieuw een top 10 finish in het dagklassement. Tot 20 kilometer voor de finish het drama voltrok. Op een flauwe duin sloeg de motor plotseling af.
Na constant contact met het team van Toyota Gazoo Racing en enkele uren wachten in de duinen werd de auto afgesleept naar het bivak. Daar onderzochten de monteurs de auto en velden het definitieve oordeel: doorrijden of repareren is niet mogelijk.
“We liggen eruit. Wat een pech. Ineens houdt het verhaal op. Autosport blijft een mechanische sport, dat blijkt maar weer eens”, aldus een teleurgestelde Bernhard ten Brinke.
“Ik baal voor Xavier, voor mezelf en zeker ook voor het team. Ik had Toyota Gazoo Racing zo graag een top 10 resultaat in het eindklassement geschonken als tweede Toyota-equipe. Glyn Hall en zijn team hebben een geweldige job geleverd. Ze hadden het zo verdiend.”
Bernhard ten Brinke wil ook zijn persoonlijke sponsors, familie en fans bedanken. “Jullie vertrouwen in mij en de steun die ik heb mogen ontvangen hebben me ontzettend geholpen. Het spijt me dat we onze missie dit keer niet kunnen afmaken. Maar ik beloof jullie: in 2020 keer ik terug, want mijn Dakar droom leeft nog steeds.”