In de openingsetappe van de Morocco Desert Challenge zat het tegen bij Stéphane Henrard. In de tweede etappe, over 470 kilometer van Plage Blanche naar Touzounine, nam de Belg zijn revanche. Gestart als negende baande hij zich met zijn Dunbee-buggy een weg naar voren.
“Zulke monsteretappes zijn me altijd al op het lijf geschreven geweest. De sleutel is om het juiste ritme te vinden: je mag niet te snel te starten want de kans is groot dat je nadien stil valt.
Wij vertrokken vandaag als negende op het strand. Ik was beducht voor het zoute zeewater dat aan de wagen vreet. Toen we het strand verlieten kwamen we in een dichte mist terecht. De zichtbaarheid was beperkt tot enkele meters. Het was nog erger dan een zandstorm. Vooral voor de motorijders moet het een verschrikking geweest zijn. Gelukkig verdween de mist even plots als hij gekomen was. Bleek dat onze buggy op de 6de plaats reed, achter 5 Overdrives! Het was de start van een geweldige inhaalrace. Eén voor één reden we ze voorbij. Heerlijk.”
Opmerkelijk is dat de copiloot van Henrard, Gatien Du Bois, een herstellend kankerpatiënt is. De ervaren piloot heeft dan ook niets dan lof voor zijn minder ervaren navigator. “Hij heeft het schitterend gedaan. Als je zijn verhaal kent – vorig jaar reed hij ook mee in de MDC en kon hij van vermoeidheid amper stappen – dan kan ik alleen maar mijn petje voor hem afdoen.”
De winnaar van de eerste etappe, Michiel Becx, had juist een pechdag. Maik Willems kwam als beste Nederlander over de streep, met de tiende tijd.
Maik Willems (302): “Laten we het een leerzame dag noemen. Het eerste deel ging best lekker, maar in het tweede deel – na de lunchstop – begonnen de problemen. Eerst deden de remmen het niet meer, begon de auto te haperen en op 6 kilometer voor de finish schee de auto er helemaal mee uit. Wat het nou precies geweest is, weet ik niet, maar iets met de ontluchting van de brandstoftank. Na heel veel proberen deed ie het uiteindelijk weer. Het is dat zo’n dag dan verpest wordt door wat technische dingetjes, want het was verder een hartstikke mooie etappe.”
Michiel Becx: “Al in de eerste helft van de etappe kregen we een steen tegen de stuurstang. Met een scheef stuur hebben we nog wel een eindje doorgereden, heel rustig aan in de hoop dat het mee zou vallen. Maar dat deed het niet. Het stuurhuis was lek en de spoorstang was krom. Dat repareren kost wel een uur. Er liggen hier zoveel stenen, dat je er zomaar eentje mist. De steen waarop ik daarna een band kapot heb gereden, heb ik ook nooit gezien. Die lag onder het zand. Ook dat kostte weer wat tijd. Daarna hebben we ook bewust kalm aan gedaan, want nog een steen verkeerd raken zou te grote problemen geven. Aan de auto ligt het gelukkig niet. Die heeft ons niet in de steek gelaten.”
André Kuipers: “Na twee dagen is mijn rally-ervaring helaas nog maar beperkt tot 7 kilometer. In de eerste etappe gingen we over de kop, vandaag zijn we over de weg naar het bivak gereden. We zijn wel gestart, maar meteen na de start zijn we teruggekeerd naar het bivak. We wilden het risico niet nemen om op de stenen de auto helemaal kapot te rijden. We hadden gehoopt dat we halverwege erin konden komen om de auto te testen, maar dat mocht niet. Dus morgen beginnen we gewoon weer op nul.”
Onzichtbare stenen in 2de etappe doen motorrijders pijn
Zeer mondjesmaat kwamen de motorrijders over de finish van de tweede etappe van de Morocco Desert Challenge. De auto’s waren er zelfs eerder. Na de Portugese etappewinnaar Mario Patrao duurde het een tijdje voordat Maikel Smits zich aan de streep in Touzounine meldde en daarna kwamen er heel lang alleen maar wat auto’s binnengedruppeld. David Wijnhoven kwam na de Belg Gilles Vanderweyen als vierde aan, compleet uitgewoond. Clint de Cramer en Jeroen Fiers gingen niet meer van start in de etappe van 470 kilometer.
Maikel Smits (103): “Wat een lange en vermoeiende dag! Op zich heb ik niks tegen lange etappes, maar dit was wel erg zwaar, met zoveel stenen dat mijn polsen pijn doen. Omdat de etappe iets verlegd was, was er een extra CP ingebouwd, maar dat was best lastig te vinden. Navigatie was sowieso moeilijk. Ik heb een paar keer een fout gemaakt en dan ook nog fouten die niet zo gemakkelijk recht te zetten zijn. Dat heeft wel wat tijd gekost. In het nieuwe stuk door de heuvels aan de kust, meteen aan het begin van de etappe, hing een dikke mist. Dat duurde wel 40 kilometer. Ik ben een paar keer gestopt: bril op, bril af, toch maar weer op, toch maar weer af. Uiteindelijk heb ik tot de eerste tankstop op 65 kilometer met bril af gereden, maar daarbij had ik wel veel last van het stof. In het tweede deel was nog veel meer stof: het is vervelend als je word ingehaald door de auto’s. Na de lunchstop ging het wel veel beter. Ik kon er in elk geval de snelheid aardig in houden, maar ik heb niet op meer dan 80, 90 procent gereden.”
David Wijnhoven (107): “Het tempo dat de eerste drie rijden, onder wie Maikel, haal ik niet, maar met de vierde plaats denk ik dat ik dik tevreden mag zijn. Het was een Dakarwaardige etappe, met heel veel stenen. Je ziet ze niet in het zand, maar je krijgt wel elke keer een klap op het stuur, dus mijn handen, mijn armen en mijn kont doen nu pijn. Het was ook lastig navigeren, maar op een paar kleine foutjes na, die ik snel kon herstellen, heb ik het best goed gedaan, vind ik. Er zijn er veel die moesten zoeken naar het extra ingebouwde waypoint, maar dat had ik vrij snel. Je moet het koppie erbij houden en niet te snel willen.”
Veel problemen voor trucks in stenenetappe
De kapotte banden bij de deelnemers aan de truckrace van de Morocco Desert Challenge waren na afloop van de tweede etappe niet te tellen. Behalve dat waren er tal van andere problemen, voor onder anderen Janus van Kasteren jr. De winnaar van de eerste etappe stond op dag 2 met een kapotte naaf. De ritzege ging naar zijn teamgenoot Martin van den Brink, die vijf minuutjes rapper was over de 470 kilometer dan Roeland Voermans, die nog wel een klacht aan zijn broek krijgt van Ales Loprais.
Wouter de Graaff, navigator Martin van den Brink (501): “Je kon vandaag alleen maar verliezen als je te veel wilde. Het was een verraderlijke etappe, waarbij je geneigd kon zijn de verloren tijd door een lekke band in te halen. Martin heeft dat niet geprobeerd, maar bleef juist heel netjes rijden. Bij de lunchstop hebben we een band gewisseld, Mitchell van den Brink en ik samen in zes minuten. In het tweede deel hebben we wel plankgas gereden, maar dat kon ook. We zijn wel met nog een kapotte band over de finish gekomen, maar dat maakt niet uit. Er zijn er veel geweest die de fout hebben gemaakt op te zachte banden te rijden. Wij hebben de hele dag op 5, 6 bar gereden.”
Hugo Kupper, navigator Roeland Voermans (518): “We hebben geen fouten gemaakt, terwijl dat heel goed had gekund. De navigatie was pittig. Het extra waypoint, wegens een omlegging in de route, was voor velen moeilijk te vinden, maar wij hadden het meteen. In de lunchpauze hebben we banden gewisseld, waardoor we misschien een paar minuutjes later uit de stop zijn gereden. Ales Loprais liep een beetje te mopperen dat we niet opzij gingen voor hem, maar hij zat veel te ver achter ons.”
Ales Loprais (506): “Het was een ‘sappige’ etappe. Op de gebruikelijke lekke banden na, die iedereen wel heeft gehad, hebben we niet veel problemen gehad en daar ben ik wel erg blij mee. Waar ik niet blij mee ben, was het gedrag van meneer Voermans, die ondanks herhaaldelijk sentinellen niet aan de kant ging.”
Jackie Loomans
Eén van de meest opmerkelijke figuren in de Morocco Desert Challenge 2018 is de 66-jarige Jackie Loomans in zijn Toyota Hilux Overdrive. Bij de Belgische rallylegende werd vorig jaar long-, darm- en botkanker vastgesteld. Maar bloed kruipt waar het niet gaan kan, ondanks alles. Net als in 2016 won hij ook dit jaar de langste etappe van de Morocco Desert Challenge bij de wagens, 476 kilometer tussen Plage Blanche en Touzounine.
“Het ging redelijk goed,” begint hij met een understatement. “Omdat het door mijn ziekte al een tijdje geleden is dat ik een rally reed, wist ik vooraf niet goed aan wat ik me kon verwachten. We begonnen dan ook relatief rustig. Het was een bijzonder lange etappe en daarom begonnen we rustig aan. De langere ritten waren al een specialiteit in mijn Dakarjaren. Het is vooral belangrijk om niets te forceren, en het eerste deel van de etappe heelhuids door te komen.”
Ik had een moeilijk moment bij de tussenstop halverwege. Ik kreeg krampen in mijn handen, als gevolg van de chemokuur die ik volgde. Ik hoopte dat ik er met voldoende suikers en een cola terug zou doorkomen en dat bleek ook.”
Wanneer het gaat over het voorbije jaar van chemo en immunotherapieën krijgt Loomans het even moeilijk. “Ik wist niet eens of ik wel aan de start zou verschijnen. Normaal krijg ik elke twee weken een immunotherapie, maar in samenspraak met mijn dokter heb ik die van deze week verlegd.”
Heeft hij ondanks alles nog ambitie? “Ik heb thuis beloofd dat ik het rustig aan zou doen. Zelfs mocht het podium in zicht komen, zal ik niets forceren.”