Rijders die wachtten en elkaar in de weg reden, maakten van de kwalificatie voor de GP van San Marino een nogal lachwekkende vertoning. Livio Loi zat er middenin en kon niet één complete snelle ronde rijden, waardoor de Belg van RW Racing GP op de 18de plaats belandde. Niettemin zijn de vooruitzichten voor de race niet slecht.
Het zag er goed uit: zowel in FP3 ’s ochtends als in de kwalificatietraining reed Loi consistente rondetijden en was hij iedere run weer een beetje sneller. De keuze om voor de laatste run in het midden van de grote groep de baan op te gaan, was achteraf gezien misschien niet de beste, maar voor hetzelfde geld was het wel goed uitgepakt.
De sessie kende tal van absurde situaties met rijders die expres wijd gingen om achter een snellere coureur weer op de baan te komen, hopend op een sleepje. Maar een paar van de snellere rijders voelden er op hun beurt niks voor om het kopwerk te doen en draaiden het gas dicht, waarmee ze hun achtervolgers dwongen hetzelfde te doen.
Zo kwam het dat Loi zijn tijden in de eerste sectoren van het Misano World Circuit verbeterde, om in de laatste sector een groep langzamere rijders tegen te komen. Daar kon hij dan wel voorbij, om zich weer te verbeteren en vervolgens opnieuw in het verkeer terecht te komen. Zodoende kon de Belg de tijd van 1.43, 348 die hij in de negende van vijftien ronden had neergezet, niet meer verbeteren en zakte hij van de 11de naar de 18de plaats.
Livio Loi – 18 (1.43,348)
“Het was ontzettend frustrerend om in werkelijk elke ronde iemand tegen te komen die in de weg reed. Ik voelde me goed, ik had de snelheid, ik wist dat ik het kon, maar elke keer werd ik opgehouden. In die laatste run kon ik niet één ronde voluit rijden. Ik werd er gek van! Inhalen was geen probleem, en dan had ik weer even vrij baan, maar het kost wel tijd. Ik was zo kwaad op het eind.
Het is niet de plaats waar ik zou moeten staan, maar de vooruitzichten voor de race zijn niet slecht. Ik voel me hier veel beter dan op Silverstone. Ik weet wat ik kan met de motor, ik voel me sterk en heb vertrouwen. Ik heb zeker de snelheid om mee te doen in de top 10, maar dan moet ik daar dus wel zo snel mogelijk geraken. Ik moet heel scherp en agressief zijn bij de start en me niet de kaas van het brood laten eten of me opzij laten zetten.”