Op de voorafgaande vrijdag kon van Emmerik gelukkig vaststellen dat de problemen met de remmen die hem parten speelde tijdens de vorige wedstrijd door de mannen van JJ Suspension waren opgelost.
Op een frisse en af en toe natte race-dag kon van Emmerik met een redelijke start zijn achtste startpositie bij de eerste doorkomst behouden en kwam terecht in een hevig in gevecht zijnde groep rijders achter drie koplopers.
Van Emmerik: “We kwamen met zes man hevig in gevecht voor de vierde plek. Twee jongens wisten zich iets los te rijden uit deze groep toen ik er nog midden in zat. Ik wist me naar voren te werken en wilde de achtervolging inzetten op de rijders voor me.”
Bij het ingaan van die vijfde ronde was de op de derde plaats liggende rijder ten val gekomen en vervolgens ging het in dezelfde ronde ook mis voor nog drie rijders. De wedstrijdleiding besloot vanwege de crashes, en de medische assistentie die nodig was, de code-60 vlag te tonen (bedoeld om de wedstrijd te neutraliseren).
Renzo van Emmerik: “De code 60-vlag werd door veel coureurs niet gezien en werd niet overal langs de baan getoond. Dit maakte de situatie gevaarlijk waardoor de race werd afgebroken. Op dat moment reed ik vijfde en ik denk dat ik snel genoeg was om de jongens voor mij in te halen.
Maar de wedstrijdleiding besliste anders en hebben mij terug gezet naar plek zes. Hier moeten we het helaas mee doen. Ik ben blij dat de motor goed aanvoelde en dat de remmen weer werkten zoals het hoort. Maar mijn gevoel zegt dat er meer had ingezeten.