De vijfde rit in de rally van Libya bracht de karavaan van Mahmid naar Merzouga, een dorp aan de rand van het Marokkaans woestijngebied Erg Chebbi. En of er vandaag zand te zien was in de 337 km lange klassementsrit. En de zon, die was ook van de partij. Het was opnieuw bakken en braden.
Michel Suetens en Tom De Leeuw zijn aardig op dreef in deze rallyraid. Vandaag kende het duo wat mechanische pech maar dat weerhield hen niet om de 16e tijd neer te zetten, goed voor de 11e plaats algemeen. Het Feryn duo komt van de 16e plaats en staat op een zucht van de top 10. “Dat is mooi maar we zijn er nog niet” zegt Michel Suetens. “Vooralsnog willen we de wedstrijd gewoon uitrijden. Dat heeft nog altijd prioriteit op het eindklassement. Vandaag was het opnieuw erg warm, zeg maar heet en dat had zijn invloed op de wagen. Tot twee keer toe gaf de boordcomputer een foutmelding, moesten we stoppen en het systeem resetten. Op zo’n 50 km van de finish merkten we dat we niet op volle kracht konden rijden. Dit alles deed zich voor in de duinen, de slopende duinen. We zijn rustig gebleven, dat klinkt beter dan te zeggen dat we het hoofd koel hebben gehouden (lach). Tom De Leeuw is een uitstekend mekanieker, hij kent de Toyota door en door en dat zorgt meteen voor rust. De samenwerking met Tom verloopt trouwens prima! Ik luister echt naar wat hij zegt. Voorzichtig als er gevaar dreigt, gas indrukken wanneer het kan. Hij maakt me ook regelmatig er op attent dat ik moet drinken. Een betere corijder kon ik me echt niet inbeelden.”
Bij de trucks reed het Feryn trio Verheyden-Keysers-Vervoort de 8e tijd. In de stand blijven ze op de 5e plaats. “We hadden een goede dag maar ook de andere deelnemers hebben het beste van zichzelf gegeven” zegt Paul Verheyden. “Dat zorgt ervoor dat er weinig verschuivingen in het klassement zijn. De rit van vandaag was minder moeilijk dan de twee voorbije ritten. Het podium halen wordt moeilijk tenzij andere rijders pech krijgen en we zo zouden kunnen opschuiven maar eerlijk, daar reken ik niet op en dat wens ik mijn concurrenten ook niet toe.”
